In de Zen Cirkel die maandag 22 september begint gaan we aan de hand van enkele fragmenten uit Chogyam Trungpa’s klassieker The Myth of Freedom uit 1976 terug naar enkele basics van de Boeddha’s Dharma. Deze essenties werpen kernvragen op voor een gezamenlijk onderzoek in de Cirkel. Hier volgt de eerste inzet, in de woorden van Chogyam Trungpa: ‘In het boeddhisme drukken we onze bereidheid om realistisch te zijn uit middels de beoefening van meditatie. Meditatie is geen kwestie van trachten extase, geestelijke gelukzaligheid of rust te bereiken, noch is het een poging een beter mens te worden. Het is heel eenvoudig het scheppen van een ruimte waarin we onze neurotische spelletjes, ons zelfbedrog onze verborgen hoop en vrees kunnen blootleggen en ontwarren. We verschaffen ruimte door de simpele discipline van nietsdoen. In feite is nietsdoen heel moeilijk. We moeten eerst beginnen met nietsdoen te benaderen en geleidelijk aan zal onze meditatiebeoefening zich ontwikkelen. Meditatie is dus een manier om de neuroses van de geest los te woelen en te gebruiken als onderdeel van onze beoefening. Evenals mest gooien we onze neuroses niet weg maar verspreiden ze over onze tuin, ze worden onderdeel van onze rijkdom.’ (pag. 18) Twee kernvragen die hieruit voortkomen en waarmee we de Zen Cirkel op maandag 22 september beginnen zijn: Kun je zijn wie je bent? Kun je zijn met wat er is? Feitelijk is dit een en dezelfde vraag. En ze roept een tweede op: Zo niet, wat belemmert je dan? Maandag 22 september beginnen we met deze inzet. Tot dan!

Reactie toevoegen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *